Actief luisteren
Actief luisteren blz. 1 - 5
Communicatie
regels blz.
6 - 7
Luisteren blz.
8
SOCIAAL
ACTIEF LUISTEREN
Communicatie heeft twee aspecten: spreken
en luisteren. Wij begrijpen vaak heel
wat anders van de ander dan wat deze ons probeert duidelijk te maken. Dat heeft
er alles mee te maken dat wij de woorden van de ander interpreteren. Bij die interpretatie spelen allerlei eigenschappen
van onszelf mee. Vaak horen we die dingen waar we gevoelig voor zijn; dat wat
in ons straatje past.
Van anderen merken we al gauw dat ze slecht naar ons luisteren. We
merken vaak dat een ander ons verkeerd begrijpt of geen begrip heeft voor onze
situatie. Maar we kunnen minder gemakkelijk onder ogen zien dat het omgekeerde
ook het geval is: Dat we ook een ander dikwijls heel verkeerd begrijpen. Dat we
een andere betekenis en bedoeling achter diens woorden zoeken dan feitelijk het
geval is.
Goed luisteren is vreselijk moeilijk. Het wordt ons ook nauwelijks
geleerd. In onze cultuur ligt immers veel meer accent op goed spreken. Slecht
luisteren, een ander verkeerd begrijpen, is echter de basis van veel onbehagen
en de oorzaak van veel ongezonde stress.
Globaal gesproken zijn er twee vormen van luisteren te onderscheiden:
passief luisteren en actief
luisteren.
Passief luisteren is:
Aanhoren wat de ander tegen u zegt, zonder dat u zich daadwerkelijk
inspant om te begrijpen welke 'boodschap' er misschien verborgen zit achter de
woorden van degene met wie u contact hebt. U bent eigenlijk meer bezig met wat
u zelf te zeggen hebt. En u bent op zoek naar een mogelijkheid om via het
verhaal van de ander een aanleiding te vinden om opnieuw uw visie, uw verhaal
te doen of om de ander terug te pakken.
Actief luisteren is:
U probeert zich wél echt te verplaatsen in wat die ander te zeggen heeft.
U probeert te begrijpen waarom de ander zó reageert. Wat is de 'boodschap'
achter de woorden. Wat maakt dat de ander boos, geïrriteerd, aangeslagen
reageert. Actief luisteren vraagt van u dat u (tijdelijk) uw eigen mening, uw
eigen wensen opzij zet om bij uzelf ruimte te maken om te kunnen begrijpen wat
er in de ander omgaat.
Actief luisteren is een gesprekstechniek waarvoor u kunt kiezen wanneer u:
1. De ander wilt tonen dat
zijn/haar inbreng (ook) de moeite waard is en gewaardeerd wordt.
2. De indruk hebt dat achter de
naar u gerichte boosheid, teleurstelling, eis, verzoek, e.d. van de ander een
bedoeling zit die voor u belangrijk is om te weten. Bijvoorbeeld omdat het u
meer informatie geeft op grond waarvan u een betere beslissing kunt nemen. Of omdat
het u meer informatie geeft op grond waarvan u aan de ander duidelijker kunt
maken wat uw overwegingen zijn.
3. Een meningsverschil hebt met
de ander en u wilt proberen er via redelijk overleg op grond van argumenten uit
te komen. Of waarbij u er om andere redenen voor kiest om erg
'tegemoetkomend' om te gaan met het verhaal van de ander.
4. De ander met bepaalde
problemen zit en daarover graag met u wil praten. De ander wil u deelgenoot
maken van wat er aan de hand is, de ander zoekt een 'luisterend oor'.
Actief luisteren is dus niet:
* een beleefd zwijgen terwijl de ander aan het woord is
* terwijl de ander spreekt, alvast de eigen monoloog repeteren
* oplettend wachten op de fouten in het betoog van de ander
Actief luisteren is wél:
* proberen het te zien zoals de ander het ziet
* een ervaring met die ander proberen te 'delen'
* zoeken naar de kern van wat de ander wil zeggen.
Dat betekent dat:
* actief luisteren een inspannend proces is dat veel inzet van u vraagt
en dat nog moeilijker is dan spreken
* actief luisteren vooral ook gericht is op de persoon die
aan het woord is en minder op de inhoud van het verhaal. Voorop staat de
vraag: Wat gaat er in de persoon om, wat brengt de persoon tot deze reactie.
* u streeft naar begrip voor elkaar, om zo samen tot een creatief
proces te komen, omdat u uw energie niet meer hoeft te steken in een verdediging
van uzelf en uw standpunt.
Wanneer u met een ander iets uit te knokken hebt, wanneer u uw grens
wilt aangeven, wanneer u te maken krijgt met kritiek van een ander, etc., is
het van wezenlijk belang dat u in zo'n gesprek kunt overschakelen: Dat u niet
alleen blijft vasthouden aan wat u zelf te zeggen hebt maar dat u daar ook mee
kunt stoppen en kunt overschakelen op actief luisteren.
Bij actief luisteren laat u uw
eigen mening of adviezen en wijze raad achterwege.
Daarentegen probeert u nadrukkelijk af
te checken of u de ander goed
begrepen en ingevoeld hebt.
U laat aan de ander blijken dat u
haar/hem begrijpt en dat u diens
benadering accepteert
(Dit is wat
anders dan dat u het er mee eens bent!).
Actief luisteren zit hem in uw houding, uw aandacht, in de woorden die u
kiest en de manier waarop u ze zegt.
Een aantal kenmerken van actief luisteren:
Ø u moedigt de ander aan om diens verhaal te vertellen
Ø u vraagt om
verduidelijking als u iets niet begrijpt
Bijvoorbeeld in de trant van:
'je
zegt: ........; wat bedoel je daar precies mee'
'als
je zegt:........, dan begrijp ik dat niet goed. Leg dat nog eens uit'
Ø u probeert 'door te vragen'
Bijvoorbeeld in de trant van:
'kun
je daar wat meer over vertellen'
'waarom
is dat voor jou zo belangrijk'
etc.
Ø moedig de ander aan om door te gaan en toon uw aandacht.
Bijvoorbeeld:
* door regelmatig te
knikken als blijk dat u luistert.
* door er
geïnteresseerd bij te zitten
* door oogcontact te
maken/te houden
Ø probeer regelmatig in uw eigen woorden weer te geven wat de ander
voelt of ervaart.
Bijvoorbeeld:
'als
ik je goed begrijp, bedoel je .......'
'klopt
het dat jij je ...........voelt'
'je
zou het liefst willen dat ..........'
'klopt
het dat je eigenlijk vindt dat..........'
Met dit soort reacties laat u blijken dat u echt luistert en - wat
vooral belangrijk is -: u checkt ermee of u de ander goed begrepen hebt. Die
ander kan dit bevestigen of ontkennen. In dat laatste geval zal de ander
nogmaals proberen te zeggen hoe het wél zit.
Ø ga op dit moment ook geen goede raad geven aan de ander
Ø houd uw eigen emoties onder controle
Ø jaag de ander niet op
Ø besef dat stiltes bij een gesprek horen
Hinderpalen
Een aantal hinderpalen staan actief luisteren en goede communicatie in
de weg:
1. Bevelen, b.v.: 'Je moet .........'; 'Je zult .........'
2. Dreigen, waarschuwen, b.v.: 'Als je het niet doet, dan .........'
3. Preken, moraliseren, b.v.: 'Je hoort op jouw leeftijd ......'; 'Je
bent verplicht ......'
4. Adviseren, oplossingen aandragen, b.v.: 'Als ik jou was, zou ik
........'
5. Beleren, overreden met logica, b.v.: 'Je hebt 't mis, want....';
'Het is gewoon zo dat je....'
6. Beschuldigen, kritiek geven, b.v.: 'Je denkt niet helder'; 'Je bent
lui'
7. Denigrerend prijzen, gelijk geven, b.v.: 'Ja hoor jongen, natuurlijk heb
je gelijk'
8. Uitschelden, belachelijk maken, sarcasme b.v.: 'Je zal 't weer eens
beter weten'; 'Daar heb je haar ook weer met dat verhaal'; 'waar jij je al niet
druk over kan maken'
9. Verklaring geven die invult voor de ander, b.v.: 'Ach, je bent
alleen maar moe'
10. Gerust stellen zonder dat de
ander daar aan toe is, b.v.: 'Maak je maar niet ongerust', 'Er zijn ergere
dingen'
11. Op een ondervragende toon
vragen stellen, bv. 'Waarom deed je dat'
12. Afleiden, b.v.: 'Laten we over
iets leuks praten', 'Ik wil het even met je over wat anders hebben'
Dergelijke hinderpalen komen in gesprekken regelmatig voor.
Ze verstoren het contact niet
allemaal in even sterke mate.
Het hangt ook mede af van het moment en de manier waarop ze gebruikt
worden.
Maar in het algemeen zijn het geen van allen 'deur-open-zetters' naar
een gesprek, waarin de ander meer van zichzelf laat zien.
Algemene
communicatie-regels
1. Over mezelf spreken in ik-zinnen is bevorderlijk.
Voorbeeld;
Fout: "Wij gaan morgen
maar eens vergaderen over de pleinwacht", of
Goed: "Ik zou morgen wel
willen vergaderen over de pleinwacht, heb je zin en tijd om daar aanwezig te
zijn?"
Fout: "Jij moet het lokaal opruimen":
Goed: "Ik vind het vervelend dat je het lokaal niet opgeruimd
hebt".
2. Een standpunt innemen is beter dan vragen stellen die geen vragen
zijn.
Fout: "Ik heb het zeker
weer niet goed gedaan....?"
Goed: "Ik ben bang dat ik
het niet goed gedaan heb".
Fout: "Waarom ben je zo
laat?"
Goed: "Ik vind het niet
leuk dat je te laat bent".
3. Het is beter alleen voor
jezelf te spreken en de ander over zichzelf te laten spreken. Het is niet goed om de gedachten van de ander te lezen en in te vullen.
Je legt dan beslag op de gevoelens of gedachten van de ander en je geeft
hem/haar niet de kans zichzelf te zijn.
Fout: "Je zal wel weer
zeggen dat ik deze jas te duur is".
Goed: "Ik denk dat je deze
jas te duur vind, klopt dat?.
Fout: "Jij houdt er toch
niet van".
Goed: "Ik hou van..... wat
vind jij er van?"
4. Wat ik zeg is in overeenstemming met wat ik doe.
Dus wanneer je zegt "Ik luister" ook bijvoorbeeld het werk
wegleggen en niet doorlezen. Wanneer je zegt dat je iets niet zult doen omdat
het niet je taak is, dit ook niet gaan doen.
5. Wat ik zeg is in overeenstemming met wat ik toon.
Fout: "Ik doe het
graag" met een toon van afkeer.
Goed: "Nee ik doe het
niet".
Fout: "Leuk dat je
belt..." met een zucht en een lijzige stem omdat je er geen zin in hebt.
Goed: "Het komt me nu niet
zo goed uit dat je belt, kan ik je morgen terug bellen?"
6. Het is beter over een
concreet gevoel te spreken dan in het algemeen te spreken.
Fout: "Een leraar moet zich
met de kinderen uit zijn/haar klas bezig houden".
Goed: "Ik ben bezorgd dat jij je niet met de kinderen uit jouw klas
bezig houdt. Ik zit daarover in, want.....
7. Vraag wat mogelijk is in
plaats van het onmogelijke te eisen. Het eisen van gevoelens of meningen heeft geen zin. De ander ondergaat zijn gevoelens, hij/zij
is er geen meester over. (Hij/zij kan ze ook niet beloven of geven).
Fout: "Je moet me beloven
dat je altijd bij mij zult blijven".
Goed: "Ik ben bang dat je
me ooit zult verlaten".
8. Beloof wat je kunt geven in plaats van het onmogelijke te beloven.
Fout: "Ik zal nooit meer zo
kwaad op je worden".
Goed: "Ik zal proberen mijn boosheid niet meer zo op te kroppen en
eerder mijn irritaties uit te spreken".
9. De communicatie wint aan duidelijkheid als men niets als bekend
veronderstelt.
Fout: "Je weet best wat ik bedoel".
Goed: "Wat ik eigenlijk wil
zeggen is dat...."
10. Een "nee" kunnen aanvaarden.
Bij elke echte vraag is het belangrijk om te beseffen dat je het niet
hebt wat je vraagt. Dat het dus geen verlies betekent als je het niet krijgt!
11. Blijf bij het onderwerp.
Het beste is: 1 boodschap per keer, 1 thema per gesprek.
12. Probeer echt te luisteren
naar de ander en zet je eigen visie en eigen problemen tijdelijk opzij.
Geef een signaal dat de boodschap is overgekomen (kleine tekens zoals
"hm", "jaja" of knikken met het hoofd).
13. Test of je begrepen hebt wat
er gezegd werd door te herhalen of het in eigen woorden samen te vatten ("Als ik het goed begrepen heb, bedoel
je....").
14. Wanneer je een gesprek hebt
met een ander is het belangrijk elkaar aan te kijken en je ook met je lichaam naar de ander te richten.
15. Je hoeft het niet altijd
eens te zijn met de ander maar het is wel belangrijk om zijn of haar mening te respecteren. Dit is te merken aan je toon, je houding,
je wijze van kijken en je gezichtsuitdrukking.
16. Spreek in het hier en nu.
Haal geen oude koeien uit de sloot. Dat is trouwens zinloos. Je kunt
nooit precies de woorden, het gevoel en de situatie terug halen
Luisteren
Als ik je
vraag om naar me te luisteren
En jij
begint me raad te geven
Heb je niet
gedaan wat ik je vroeg.
Als ik je
vraag om naar me te luisteren
En jij
begint me te vertellen waarom
Ik me niet
zo zou moeten voelen
trap je op
mijn gevoelens.
Als ik je
vraag naar me te luisteren
En jij
denkt dat je iets moet doen
Om mijn
probleem op te lossen
Heb je me
niet goed begrepen,
Hoe vreemd
dat ook klinkt.
Luister! Ik
vroeg alleen maar of je wilde luisteren
Niet praten
of doen….. Hoor me alleen maar aan.
Advies is
goedkoop; voor een habbekrats
Heb je een
hele hoop adviezen in één tijdschrift.
En ik red
me zelf wel. Ik ben niet hulpeloos.
Misschien
ontmoedigt en wankel, maar niet hulpeloos.
Als je iets
voor me doet
Wat ik voor
mezelf kan doen
Draag je
bij aan mijn angst
En
inadequaatheid.
Maar
wanneer je accepteert als een
Simpel feit
dat ik voel wat ik voel, hoe irrationeel ook,
Dan kan ik
stoppen met proberen je te overtuigen
En kom ik
toe aan begrip vragen
Voor wat
achter dit irrationele gevoel ligt.
En als dat
duidelijk is, zijn de antwoorden
Duidelijk
en hoef ik geen goede raad
Irrationele
gevoelens slaan nergens op
Als we
begrijpen wat er achter ligt.
Misschien
werkt bidden daarom soms wel
Voor
sommige mensen…. Omdat
God zwijgt
en geen advies geeft
Of
oplossingen aandraagt.
Hij (of
Zij) luistert alleen maar en laat jou
Zelf het
werk doen.
Dus luister
alsjeblieft en hoor me slechts aan
En als jij
wilt praten, wacht dan even
Op je beurt
….. Dan luister ik naar jou.
Huiswerkopdrachten
bij artikel (Actief Luisteren)
Ga met een bekend persoon oefenen in actief
luisteren,
- leg hem of haar
uit wat actief luisteren is,
-
heb samen een gesprek
van een een kwartier met duidelijke rolverdeling
de een verteld
wat ... gedurende ongeveer een kwartier
de actieve
luisteraar oefent met de diverse technieken
vraag bij
de verteller hierna na wat zijn of
haar ervaringen in dit gesprekje zijn,
- wat stimuleerde
- wat remde
- wat was prettig
- wat was minder prettig
- bedenk nog een aantal vragen waar je iets over
terug wil horen.
de actieve luisteraar
gaat na - welke technieken hij of zij
gebruikt heeft
- en wat de diverse effecten waren.
Draai
daarna de rollen om
vraag bij de
verteller hierna na wat zijn of haar ervaringen in dit gesprekje zijn,
- wat stimuleerde
- wat remde
- wat was prettig
- wat was minder prettig
- bedenk nog een aantal vragen waar je iets over
terug wil horen.
- en wat de diverse effecten waren.